De volgende werkvorm komt uit Interne studiegenoten (Bijvoet, 2018). Dit is een methodiek die losjes is gebaseerd op het boek Patronen Doorbreken van Hannie van Genderen. Vanaf je geboorte -en misschien wel al daarvoor-
word je overladen met informatie. Alle informatie is van buitenaf op je
afgekomen. Langzaam is die in je gaan zitten en je bent er voor een groot
deel door gevormd. Ideaal gesproken zou je alleen nuttige informatie tot je door
laten dringen, maar helaas: ook informatie die je kunt missen als kiespijn,
nestelt zich in je en maakt je tot wie je bent met al je goede en
minder goede eigenschappen. Externe input gaat gaandeweg in je systeem
zitten. Uiteraard bepaalt dat alles ook je studiekeus en in dit geval belangrijker:
je studiehouding. Hoe sta je erin, wat zijn je drijfveren, hoe vlieg je de boel aan? Die zaken zijn voor iedereen anders en voor jou als individu geldt ook dat je niet altijd op dezelfde manier, met dezelfde intenties en werkwijze studeert. Er huizen als het ware verschillende personages in je. Elk personage gedraagt zich anders en levert een andere beleving op.
Voor je studie zijn er vier hoofdpersonages geformuleerd. Dat zijn je interne studiegenoten. Je zult misschien binnen één studiegenoot weer nieuwe studiegenootjes ontdekken.
Je hebt twee interne studiegenoten die het goed met je voor hebben. Dat zijn je interne studievrienden. Maar je hebt er ook twee die je studieplezier
en je intrinsieke motivatie saboteren: je interne studievijanden. Die kun je het
beste negeren. Maar om die te kunnen negeren en je studievrienden te omarmen,
moet je ze eerst leren onderscheiden.

Deze werkvorm is er om de interne studiegenoten een gezicht te geven en ze in hun waarde en redelijkheid onder de loep te nemen.

Het is de bedoeling dat studenten tijdens het maken steeds uit gaan van hun interne studiegenoten als buitenstaanders. Dus je bént geen vrijbuiter, regisseur, dwingeland of verstopper. Het zijn actoren (krachten) die je gevoelens en je gedrag en gemoed beïnvloeden.